 | Sluit venster |  | Suggesties |
Neen. Alhoewel ping-metingen door sommige webhosting-providers worden naar voor geschoven als het ultieme bewijs van hun snelheid, is dit geen correcte handelswijze. De realiteit is een stuk ingewikkelder.
Een "ping" bestaat in het sturen van enkele kleine pakketjes data (gewoonlijk 32 bytes) naar een specifieke server en het meten van het tijdsverloop vooraleer men het antwoord ontvangt (de zogenaamde "pong"). Dit heeft veel weg van de bekende sonarpulsen die onderzeeërs uitsturen om de afstand tot een object onder water te bepalen. Ping-tijden worden gemeten in milliseconden (ms).
Een ping geeft met andere woorden enkel een idee van de responsiviteit van een bepaalde server op dat ogenblik. Sinds de implementatie van het HTTP/1.1-protocol eind de jaren 90, dat gelijktijdig aanvragen en ontvangen van meerdere elementen van een webpagina mogelijk maakt, is responsiviteit enkel nog van primordiaal belang voor interactief internetgebruik zoals on-line gaming.
Bovendien spelen er nog andere factoren mee die de meting grondig kunnen beïnvloeden. Zo kan een provider ervoor opteren om de ping-service een lage prioriteit toe te kennen (of zelfs volledig uit te schakelen), om zo voorrang te geven aan een essentiëler dienst zoals de webserver-software. Webpagina's die dynamische inhoud bevatten (zelfs iets eenvoudig zoals een tijdsaanduiding) dienen telkens opnieuw te worden gegenereerd door de server en te worden gedownload, en worden dus meestal niet opgeslagen in het buffergeheugen van de browser of de proxy-server van de toegangsprovider.
De snelheid waarmee een bepaalde website inlaadt, hangt echter af van nog een heleboel andere factoren, zoals peering-overeenkomsten tussen toegangsproviders, werkzaamheden aan infrastructuur, hardware- of software-instellingen van de gebruiker en vooral de aanwezigheid of afwezigheid van de gevraagde pagina in de proxy-server van de toegangsprovider of in het cache-geheugen van de browser. En uiteraard fluctueren deze factoren sterk in de tijd en is het Internet de grootste elektronische machine ter wereld waar dagelijks aan wordt verbouwd en gesleuteld. Snelheden van verschillende webhosting-providers vergelijken is dus niet zo eenvoudig als een simpel ping-commando uitvoeren.
Een ping geeft echter geen idee van de beschikbare bandbreedte van een webserver, en dat is precies waar het om draait bij de surfsnelheid van de bezoekers van uw website. Een server kan bijvoorbeeld een zeer korte pingtijd geven (20 of 30 ms), maar over onvoldoende bandbreedte beschikken om bestanden snel genoeg door te sturen vooraleer op de zenuwen van de bezoeker te werken. Anderzijds kan een middelmatig responsieve server (100 of 150 ms) over voldoende bandbreedte beschikken om snelle downloads mogelijk te maken. Downloadsnelheden van 100 Kilobyte per seconde of meer worden doorgaans als bijzonder goed aanzien voor webservers; enkel lokale netwerken, mirrors of dedicated download-netwerken zoals dat van Akamai of WindowsUpdate halen snelheden tot 1 Megabyte per seconde. Uiteraard zal u een uiterst vlotte surfervaring hebben indien uw website is geplaatst bij dezelfde firma die ook uw toegangsprovider is; andere bezoekers zullen daar een heel andere mening over hebben.
Conclusie: het is fout om ping-tijden voor te stellen als de aleenzaligmakende maatstaf om de snelheid van webhosting-providers te vergelijken. De realiteit ligt een stuk ingewikkelder en kan enkel worden gemeten met identieke websites en onder zeer gereguleerde en reproduceerbare omstandigheden. Veelal is de (subjectieve) surfervaring van de bezoeker het enige waar men in de praktijk rekening mee houdt.